De Javaanse klederdracht.

De Javaanse Klederdracht zoals wij Javanen van Suriname die kennen, bestaat voornamelijk uit een klambi en een djarik of saroeng.

Een klambi is een jasje, welke van voren wordt dichtgeknoopt (of bijeen gehouden wordt door veiligheidsspelden). In Indonesie wordt er van kebaja gesproken, wanneer de hals opengelaten wordt. Dit geldt niet voor Suriname, want daar wordt er ook van een klambi gesproken als men het over de kebaja heeft.

Een klambi koeroeng is een lang dicht vrouwenjak, welke over het hoofd wordt aangetrokken.

Dit laatste kledingstuk wordt veelal gedragen tijdens religieuze evenementen.

Een djarik (in het krama sindjang genoemd) is een gebatikte doek van 2,50 m x 1,10 m en wordt gebruikt door zowel mannen- als vrouwen om het onderlijf en benen te bedekken. In Indonesie spreekt men van een kain. Dit komt waarcshijnlijk doordat het woord djarik een echt Javaans woord is en kain een Behasia Indonesia woord betreft.

Een saroeng daarentegen, is een kokervormige dichtgenaaide kleed, die voor dezelfde doeleinden als een djarik wordt gebruikt.

Bij de dracht van de vrouwen mogen wij een kledingstuk zeker niet vergeten te vermelden: de slendang. Dit is een doek welke over 1 schouder wordt gedragen.

Als men over een djarik tjijoet praat, dan heeft men het ook over een slendang, die meer als draagdoek wordt gebruikt. de afmeting is in dir geval 2,50 m x 0.55 m.

Voor elke gebeurtenis (bv. het huwelijk, besnijdenis etc) is er een djarik met een bepaalde motief.

djarik gandasuli
djarik grompol djarik nagasari djarik nitik cakar ayam
djarik nitik simbar lintang djarik Parang Kusuma latar djarik truntum
djarik ukel semen rama latar djarik sidamukti ukel latar djarik sidaluhur latar cemeng
djarik sidaasih sungut latar djarik semen raja latar cemen djarik sidaluhur latar pethak
s